Houtbestrating - Utrecht0000.0011

 

 Literatuur

 

- "Raadselachtig" en "Houten straten", in de rubriek 'Nieuwe aanwinsten'. In: Nieuwsbrief Volksbuurtmuseum Wijk C, 03-2008 [jrg 15, nr 57], blz. 3-4   (Ontvangen een 'houten straatsteen', naar verluidt afkomstig van het Vredenburg, waar de houten bestrating in de winter 1944-1945 geroofd werd om te verstoken. Hierna wordt Hans Buiter geciteerd uit zijn boek 'Riool, rails en asfalt'. "Wanneer rond 1920 de vrachtwagen zijn intrede doet in het straatbeeld, moeten gemeentes op zoek naar degelijk straatbedekkingsmateriaal (hier ingekort citaat): 'De raad overwoog een verbod voor het rijden van auto's zwaarder dan 1900 kilo. In 1922 nam zij een dergelijke bepaling op in de APV. [...] Het verschijnen van de vrachtauto's baarde ook in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag opzien bij inwoners, bestuurders en stedelijke technici. Tijdens het in 1920 in Den Haag gehouden Nederlandsche Wegencongres, waaraan ook Holsboer (directeur Publieke Werken te Utrecht) deelnam, stond de problematiek van het gemotoriseerde vrachtverkeer hoog op de agenda. [...] De gemeente was op dit moment al geruime tijd bezig om verschillende soorten bestratingsmaterialen uit te proberen. [...] In centrumstraten legde Openbare Werken sinds de late 19e eeuw tevens asfalt of houtbestrating waar geluidshinder van over keien rijdende vervoermiddelen zo hinderlijk werd gevonden dat de gemeente de meerkosten voor lief nam. Na het tot volle tevredenheid toepassen van houtbestrating op het Janskerkhof in 1901, had de dienst ook de straten rond het stadhuis in 1910 van hout voorzien. Dit lokte een stroom verzoeken van bewoners uit om ook in hun straat 'geruischlooze bestrating' te leggen. Zo deed in november 1911 de Vereeniging tot behartiging van de belangen van de Choorstraat, Stadhuisbrug, Lijnmarkt en Zadelstraat een verzoek om asfaltbestrating in de Choorstraat, Lijnmarkt en Zadelstraat. De Fabricagecommissie vond dat de situatie in de betreffende straten asfalteren niet gemakkelijk maakte. De hellingen in de Zadelstraat achtten ze te stijl voor asfalt. Paarden zouden er op uitglijden. Ze vond dat de Choorstraat en de Lijnmarkt niet konden worden geasfalteerd vanwege de aanwezige kelders 'die het onmogelijk maken de kabels en buisleidingen in de trottoirs te leggen'. Daarnaast zouden trottoirs in de Lijnmarkt veel te smal zijn om er alle ondergrondse buizen en leidingen in onder te brengen. Om toch aan de verzoeken om 'geruischlooze bestrating' te kunnen voldoen adviseerde de commissie de toepassing van houtbestrating. Hierdoor zou de ondergrondse infrastructuur gewoon in het midden van de straat kunnen blijven liggen. Hout liet zich immers in tegenstelling tot asfalt relatief eenvoudig openbreken en herleggen in geval van werkzaamheden aan kabels, buizen of leidingen. Publieke Werken voorzag hierop deze straten van tropisch hardhout, net als eerder op de Stadhuisbrug ook al gebeurd was. Vervolgens legden ze ook in de Bakkerstraat - eveneens een smalle winkelstraat - dergelijk materiaal. De meerkosten zorgden er wel voor dat de raad voorzichtig op de verzoeken reageerde. Na 1922 voorzag de dienst meer straten van hout. De gemeente experimenteerde met verschillende soorten hardhout, maar legde ook zacht dennenhout. De van stijle hellingen voorziene tunnel waarmee de Leidsweg onder het spoor doorging, was het eerste straatdeel waar Publieke Werken zachthout legde. Het eerder gelegde hardhout bleek snel te glad te worden voor de weggebruikers. Ook de Potterstraat en het Vredenburg voorzag de dienst in afwachting van asfalteren gedeeltelijk van houten bestrating, net als de Lange Viestraat. Bij deze laatste straat was de keuze ingegeven door de nog steeds niet doorgevoerde verbreding aan de noordkant. [...]'. Zo leerde bronnenonderzoek ons dat er dus werkelijk sprake is geweest van 'houten straatstenen'! Kortom, wij zijn weer wat wijzer, en het museum is een bijzonder voorwerp rijker." - dit is de relevante tekst volledig)

- Krijnen-Van der Sterre, Jetty, De Herenstraat. Een oude straat en haar bewoners. Utrecht (Plantage), 2005 [127 blz. ISBN 90.77030.22.0]. Hierin blz. 64 (ten behoeve van het onderwijs in het Gregoriushuis, Herenstraat 6, werd vóór het pand houten bestrating aangebracht)